Statoil

Het Noorse staatsoliebedrijf Statoil was begin 2014 een van de eerste oliemajors die anticipeerde op moeilijkere tijden.

Besparen is meer dan ooit het ordewoord in de olie-en gassector. De voorbije week alleen al passeerden Royal Dutch Shell (15 miljard USD besparingen), ConocoPhillips (5 miljard USD), Continental Resources (actief in Amerikaanse schalieolie) en Schlumberger (1,8 miljard USD afwaarderingen, 9000 ontslagen) de revue. De aanhoudende daling van de olieprijs, weet u wel. Tijdens het crisisjaar 2009 daalde het wereldwijde budget voor exploratie en productie met 15%. Welnu, voor dit jaar wordt intussen rekening gehouden met een daling van 17% (of 570 miljard USD), sommigen vrezen zelfs een daling van 30%. Dat zou de grootste daling sinds 1986 inhouden.

Het Noorse staatsoliebedrijf Statoil – waarvan 67% van de aandelen in handen van de overheid is – was begin 2014 een van de eerste oliemajors die anticipeerde op moeilijkere tijden, met een strikt besparingsplan (1,3 miljard USD jaarlijks vanaf 2016), minder kapitaalbestedingen (cumulatief vijf miljard USD minder de komende drie jaar) en strengere goedkeuringscriteria (minimaal 8% extra rendement) voor nieuwe projecten. Maar dat was dus nog vóór de grote daling. Het is duidelijk dat Statoil verdere stappen zal nemen. Er werden al 3 licenties – verworven in januari 2012 – voor exploratie aan de westkust van Groenland teruggegeven en een belang in een Amerikaans schalieproject werd in december 2014 afgebouwd.

Belangrijker is dat de kans groeit dat het Johan Castberg-project, in het Noorse gedeelte van de Barentszzee (Antarctische wateren), opnieuw zal worden uitgesteld. Het gaat nochtans om een gebied met heel wat potentieel. Statoil heeft ook projecten in Rusland, en het is afwachten hoe de spanning tussen Rusland en de westerse landen verder zal evolueren.

Statoil was de voorbije jaren heel succesvol in de exploratie, met als belangrijkste ontdekking het Johan Sverdrup-olieveld in de Noorse wateren. Het is de grootste ontdekking in Noorwegen sinds 1974, met totale geschatte reserves tussen 1,7 en 2,9 miljard vaten, voldoende voor productie tot minstens in 2050. In februari wordt normaal een definitieve positieve investeringsbeslissing genomen. Statoil heeft een belang van 40% en kende als operator in januari een belangrijk engineering contract – waarde van 4,5 miljard NOK tot eind 2019 – toe aan Aker Solutions. Tegen dan wordt de eerste productie van 315 à 380.000 vaten per dag verwacht. Na een tweede ontwikkelingsfase, allicht vanaf 2022, zal de dagelijkse productie oplopen tot 550 à 650.000 vaten per dag, goed voor 25% van de totale olie- en gasproductie van Noorwegen.

De topman van Statoil bevestigde recent te willen vasthouden aan het kwartaaldividend van 1,8 NOK per aandeel, op basis van de huidige koers een brutorendement van 5,6%. De markt rekent voor 2014 op een recurrente nettowinst van 13,3 NOK per aandeel (rapportering op 6 februari) en van 8,75 NOK per aandeel in 2015.

Conclusie

Statoil is een stabiel bedrijf met een laag kostenprofiel. Met een notering tegen minder dan 1,1 keer de boekwaarde en 14,6 keer de (fel verlaagde) verwachte winst 2015, bedraagt de korting tegenover de concurrenten minstens 20%. Bovendien is een dubbel herstelpotentieel: olieprijs en Noorse kroon. We nemen het aandeel op in de Inside Selectie.

Advies: koopwaardig

Risico: laag

Rating: 1A

Partner Content