Technip

De overname van CGG is niet doorgegaan door gebrek aan steun. Maar we beschouwen Technip als een superieur kwaliteitsaandeel binnen de oliedienstensector.

Technip haalde eind vorig jaar nog de hoofdlijnen van het financiële nieuws met een bod van 1,47 miljard EUR op CGG. Een bod dat werd afgewezen en later weer werd ingetrokken door Technip, na tegenstand bij de eigen aandeelhouders en gebrek aan steun van de Franse overheid. Nochtans had de Franse oliedienstenspeler al een aantal maanden op het CGG-dossier gebroed. Zeker na de meevallende kwartaalcijfers van CGG voor het derde trimester nam Technip contact op met Jean-Georges Malcor, de CEO van CGG. Die gaf niet thuis, maar toen Halliburton op Baker Hughes bood, besliste CEO Thierry Pilenko een concreet bod uit te brengen en op te roepen tot een constructieve dialoog. Technip wil duidelijk uitgroeien tot de Europese consolidator in de sector. Pilenko is trouwens de ex-CEO van Veritas, waarmee CGG fuseerde in 2007. Hij kent dus wel degelijk de business en zelfs het bedrijf.

Technip is een toonaangevende speler met belangrijke troefkaarten. Een eerste troefkaart is het brede activiteitenterrein. Technip heeft vooreerst een Offshore/Onshore-afdeling, waarbij het eerste gaat om de installatie van boorplatforms op zee en het tweede hoofdzakelijk op lng en schaliegas. Maar daarnaast is er ook de afdeling Subsea, die slaat op flexibele pijpleidingen. Bijna alle nationale en internationale olie- en gasreuzen behoren tot het klantenbestand van het Franse oliedienstenbedrijf (Exxon Mobil, Total, BP, Petrobras). Een tweede troefkaart is de wereldwijde aanwezigheid. Technip is actief op alle continenten en dit al decennialang.

De resultaten voor het vierde kwartaal waren erg solide en leverden dan ook een positieve koersreactie op. Voor het volledige boekjaar is nog wel sprake van een gekrompen winstmarge, maar in het laatste kwartaal was er een toename. De groepsomzet 2014 bedraagt 10,7 miljard EUR (5,8 miljard Offshore/Onshore en 4,9 miljard subsea), een toename met 15,5% tegenover 2013. De bedrijfswinst (ebit) zakte, ondanks die fraaie omzetsprong, met 1,2% (van 835 naar 825 miljoen EUR) of een daling van de ebit-marge van 9,0 naar 7,7% op groepsniveau, met 4,7% (onder de aangepaste vork van 5 à 6%) voor Offshore/Onshore en 13,0% voor Subsea. Geruststellend is het recordorderboek met 20,9 miljard EUR, wat toelaat om het dividend met 8% op te krikken, tot 2 EUR bruto per aandeel.

Voor 2015 blijft Technip optimistischer voor Subsea met een stijging van de marges richting 15 à 16% en een omzet tussen 5,2 en 5,5 miljard EUR. Voor Offshore/Onshore bedraagt de omzetverwachting circa 6 miljard EUR, maar met mogelijk een lagere marge tussen 4 à 5%. Tegen 11 keer de verwachte winst voor 2015 en minder dan 5 keer de verhouding tussen de ondernemingswaarde (ev) en de bedrijfskasstroom (ebitda) is het aandeel goedkoop. Vooral gezien de vrij rooskleurige vooruitzichten voor dit jaar in de context van erg moeilijke marktomstandigheden voor de oliedienstensector.

Conclusie

De overname van CGG is niet doorgegaan door gebrek aan steun. We beschouwen Technip als een superieur kwaliteitsaandeel binnen de oliedienstensector. Vandaar dat we het in de Inside Selectie behouden, waarmee we aangeven dat we er een ernstige kandidaat voor de voorbeeldportefeuille in blijven zien.

Advies: koopwaardig

Risico: gemiddeld

Rating: 1B

Partner Content