Barrick Gold

Grote schoonmaak

15,55 USD – 1D

Barrick Gold zal in totaal 8,7 miljard USD aan waardeverminderingen boeken. Daarvan is 5,1 miljard USD direct toe te schrijven aan het Pascua Lama-project in het Andes-gebergte, op de grens tussen Chili en Argentinië. Verder wordt onder meer de balanspost goodwill verminderd met 2,1 miljard USD. Nooit eerder boekte een goudmijnbedrijf een afschrijving van deze omvang. Dit leidde in de periode van april tot juni tot een astronomisch nettoverlies van 8,56 miljard USD. De nieuwe streefdatum voor Pascua-Lama is nu halfweg 2016. Dit is nog veraf en er kan intussen veel gebeuren. Het ooit zo veelbelovende Pascua-Lama is intussen een blok aan het been van het vorig jaar aangestelde, nieuwe management. Toch heeft de groep al te veel geïnvesteerd in het project om er alsnog de brui aan te geven. Hoe dan ook is de eerdere productieprognose van 8 miljoen troy ounce tegen 2016 volstrekt onhaalbaar.

Het gele metaal werd gedurende 12 opeenvolgende jaren duurder. 2013 is goed op weg om een einde te maken aan deze winnende reeks, want sinds begin dit jaar werd een troy ounce goud 24% goedkoper. Door de zware afboeking en het indrukwekkende nettoverlies wordt de goede operationele prestatie in het tweede kwartaal in de schaduw gesteld. De groepsproductie (1,811 miljoen troy ounce) kwam uit op ongeveer hetzelfde niveau als in het eerste kwartaal en dat was boven de verwachtingen. Over de hele eerste jaarhelft produceerden de mijnen van de groep gezamenlijk 3,61 miljoen ounce goud en ook 261 miljoen pond koper. Zonder de uitzonderlijke kosten en afboekingen was er in het tweede kwartaal een aangepaste nettowinst van 663 miljoen USD. Barrick wil dit jaar 2 miljard USD besparen en pakte daarvoor uit met een aantal doortastende maatregelen. Zo wordt het kwartaaldividend met 75% verminderd, van 20 naar 5 dollarcent per aandeel. Daardoor zal de groep in de tweede jaarhelft nog 300 miljoen USD besparen en volgend jaar zelfs 600 miljoen USD. De productieprognose voor het volledige boekjaar (7 tot 7,4 miljoen ounce) blijft wel overeind en de geplande kapitaaluitgaven worden gereduceerd van 5,7 tot 6,3 naar 4,5 tot 5 miljard USD. De 5 mijnen met de laagste kostenstructuur (minder dan 700 USD/ounce) staan in voor 57% van de groepsproductie. Bij nog eens 18% ligt de productiekost onder 1000 USD. Het resterende kwart zijn volgens het management dus de probleemgevallen. Het gaat om 12 mijnen waarvan de totale kosten boven deze psychologisch belangrijke grens ligt en waar vrij ingrijpende wijzigingen op til zijn. Het gaat onder meer om een vermindering van het aantal ‘open pits’ of schachten waar geproduceerd wordt. Zelfs sluitingen worden overwogen. Vooral de mijnen in Australië en Papoea-Nieuw-Guinea zitten in de gevarenzone, terwijl Barrick ook de participatie in African Barrick (74%) liever kwijt dan rijk is. De verkoop van Barrick Energy bracht 442 miljoen USD in het laatje. Op het einde van het vorige kwartaal had de goudproducent nog 2,4 miljard USD in kas, aangevuld met een kredietfaciliteit van 4 miljard USD. Daar stond een langetermijnschuld van 15,8 miljard USD tegenover, die gezien de hoge kasstromen wel goed te dragen is.

Het aandeel reageerde, ondanks de forse afboeking, vrij enthousiast op de goede operationele resultaten, maar dit was slechts een momentopname, want Barrick is nog steeds 55% goedkoper dan begin dit jaar. Net als zoveel andere goudmijngroepen noteert Barrick onder de (gedaalde) boekwaarde, maar dit is al een hele tijd het geval. De lager dan gemiddelde kostenstructuur is onmiskenbaar een voordeel voor Barrick. De geplande maatregelen zullen dit nog verder uitbouwen, maar keerzijde van de medaille is wel dat het groeiverhaal op langere termijn op losse schroeven komt te staan. Het is echter maar de vraag of dit wel zo’n slechte zaak is, want jarenlange investeringen in extra productiecapaciteit hebben de sector niets opgeleverd. Koopwaardig, maar met de hoogste risicorating (1D).

Koopwaardig

Partner Content