GDF Suez

Wachten op de Europese vonk

17,03 eur – 3B

GDF Suez heeft de voorbije jaren zoveel moeten incasseren dat het handhaven van de winstprognose opgelucht werd onthaald. Meer zelfs, het eindresultaat voor 2013 zou zelfs landen in de bovenkant van de vork van een recurrente (uit de ‘normale’ activiteiten) nettowinst van 3,1 tot 3,5 miljard EUR (1,34 tot 1,52 EUR per aandeel). Onder voorbehoud van normale weersomstandigheden en onder voorbehoud dat de Belgische en/of Franse regering geen nieuwe taksen of tariefingrepen bedenken. De stabilisatie van de resultaten mag ook als een halve overwinning geïnterpreteerd worden, omdat GDF Suez op de Europese thuismarkt nog altijd kampt met vreselijk slechte marktomstandigheden, vooral omdat op de gasgestookte elektriciteitscentrales veel geld wordt verloren. De malaise in Europa kostte het bedrijf vorig jaar 1 miljard EUR aan kasstroom, en dit jaar nog eens 500 miljoen EUR. En beterschap moet hier niet meteen verwacht te worden. De Franse nutsgroep is daarom ook al enkele jaren bezig met een strategische heroriëntatie, waarbij centrales in Europa gesloten worden, en waarbij vooral geïnvesteerd wordt in de groeilanden waar de energievraag wel nog stijgt. Deze oefening is echter onvoldoende gevorderd om het bedrijf een nieuw groei-elan te geven, maar kan intussen wel helpen om het bloeden van de kasstroom en recurrente nettowinst te stelpen. Het resultaat over de eerste jaarhelft lag intussen in lijn met de verwachtingen, met een recurrente nettowinst die slechts 2% inleverde, ondanks dus de lage vraag naar en lage prijzen voor elektriciteit in Europa. De aardgasgestookte centrales draaiden op amper 30% van hun capaciteit, omdat met de verkoop van de opgewekte elektriciteit vaak zelfs de brandstofkost niet kan worden terugverdiend. Maar elk nadeel heb zijn voordeel. De lage benuttingsgraad verlengt de levensduur van deze centrales, wat GDF Suez toelaat om de afschrijvingsperiode op te trekken van 25 naar 30 jaar. De lagere afschrijvingskosten (ook als gevolg van eerdere verkopen en afwaarderingen van activa) gaven de recurrente nettowinst in totaal zelfs een zetje van 400 miljoen EUR. De finale nettowinst ontgoochelde nog, precies omdat het bedrijf nog meer afwaarderingen boekte op onrendabele centrales. Maar GDF Suez mag vooral een kaars branden dat Koning Winter dit jaar thuis gaf, wat via een uitstekende aardgasverkoop en via een intens gebruik van GDF Suez’ aardgasinfrastructuur de bedrijfskasstroom (ebitda) 300 miljoen EUR vooruit hielp. Ook een compensatie voor de te lage aardgastarieven in Frankrijk leverde nog een eenmalig extraatje van 150 miljoen op. Deze boni werden echter grotendeels tenietgedaan door de langer dan verwachte sluiting van de kerncentrales van Doel 3 en Tihange 2. Pas in juni gingen beide centrales opnieuw open, wat GDF Suez dit jaar ruim 300 miljoen ebitda kostte. Per saldo wordt het resultaat dit jaar dus ondersteund door een meevaller van 200 miljoen EUR die volgend jaar wellicht geen vervolg krijgt. Maar waarop het bedrijf zelf greep heeft en waarmee het onverdroten doorgaat, is het besparingsprogramma. Tussen 2012 en 2015 wil het bedrijf jaarlijks 200 miljoen EUR extra besparen. De 200 miljoen voor dit jaar zijn nu al gevonden. In totaal moet tegen 2015 de kostenbasis met 700 miljoen EUR afgeroomd zijn. Het management bevestigde ook de dividendpolitiek.

Het ergste voor het aandeel lijkt achter de rug, nu GDF Suez de slechte gang van zaken in Europa steeds beter kan counteren met de aanwezigheid in de groeilanden en met het besparingsprogramma in uitvoer. De waardering is fair en het bruto-dividendrendement van bijna 10% lijkt aantrekkelijk, maar een dividendverlaging is niet uitgesloten zolang de winst per aandeel lager is dan het dividend. Een herstel van het aandeel is daarom maar mogelijk als de Europese elektriciteitsmarkt uit het dal kruipt. Daar is echter nog geen beterschap. Het advies blijft daarom ‘houden’ (rating 3B).

Houden

Partner Content