K+S bereikt historische mijlpaal

© K+S

Het aandeel van K+S viel tijdens de zomermaanden terug. De succesvolle opstart van een nieuw potashproject en de verminderde zorgen over de milieuproblemen in Duitsland kunnen de koers een impuls geven.

De Duitse meststoffen- en zoutproducent K+S (voluit Kali und Salz) bereikte op 12 juni een historische mijlpaal met de opstart van Legacy, het nieuwbouwpotashproject in het Canadese Saskatchewan. De Duitsers verwierven het project, dat intussen is omgedoopt in Bethune in 2011, na de overname van Potash One. Het onverwacht uiteenspatten van het exportkartel Belarusian Potash Co in de zomer van 2013 veroorzaakte twijfels over de financiële haalbaarheid van Bethune. Maar de Duitsers zetten door en investeerden er de voorbije vijf jaar 3,1 miljard euro in. Bethune zal dit jaar 600.000 ton potas produceren, op een verwacht groepstotaal van 6,8 à 7,2 miljoen ton. De verwachte productie in 2018 bedraagt 1,7 à 1,8 miljoen ton, tegenover een theoretische capaciteit van 2 miljoen ton.

Bethune zal in 2018 al positief bijdragen aan de bedrijfskasstroom (ebitda) en goedkoper produceren dan de dure Duitse potasmijnen. Dat laat K+S toe vanaf 2019 de potasproductie op groepsniveau bij te sturen in functie van de vraag, het aanbod en de prijsniveaus. De opstart komt voor K+S geen dag te vroeg, want de bouw van de mijn zadelde de groep op met een nettoschuld van 3,75 miljard euro, of 5,8 keer de verwachte ebitda 2017, terwijl ze eind 2011 nog schuldenvrij was. Toch maakt de markt zich geen grote zorgen, getuige de succesvolle uitgifte eerder dit jaar van een zesjarige obligatie voor 625 miljoen euro, met een intrestvoet van 2,625 procent. Vanaf 2018 zal het schuldniveau verminderen.

Boven op de sectorgebonden laagconjunctuur in de meststoffensector waren er de jongste jaren aanhoudend problemen met het lozen van zout afvalwater in drie Duitse meststoffenfabrieken. In 2016 lag de productie daardoor regelmatig stil, en ook dit jaar waren er al 25 dagen zonder productie. De problemen verminderen dankzij een rist maatregelen, en de situatie zal vanaf 2018 normaliseren, dankzij de opstart van een nieuwe verwerkingsfabriek die het afvalwater met 20 procent zal verminderen.

De cijfers over het tweede kwartaal lagen onder de verwachtingen. De groepsomzet klom met 1 procent tot 742 miljoen euro, maar de marktconsensus bedroeg 776,1 miljoen euro. De meststoffenafdeling boekte een omzetgroei van 4,4 procent tot 387,1 miljoen euro, maar de zoutafdeling zag haar omzet met 1,1 procent terugvallen tot 315,7 miljoen door de lage naseizoensvraag naar smeltzout. De ebitda klom met 22,2 procent tot 101,9 miljoen euro, tegenover de verwachte 114,1 miljoen euro. Na zes maanden is er een daling met 15,2 procent tot 312,8 miljoen euro. Het recurrente nettoresultaat (zonder eenmalige elementen) klom naar 18,9 miljoen euro (was -0,2 miljoen euro), maar na zes maanden is er nog altijd een daling met 23,1 procent tot 113,5 miljoen euro.

Een echte verrassing was het niet, maar K+S liet nu ook officieel de doelstelling los om zijn ebitda tegen 2020 op te krikken naar 1,6 miljard euro (519,1 miljoen euro in 2016). Daarvoor ligt het prijsniveau van potas (momenteel 240 dollar per ton) te ver onder het vooropgestelde niveau van 330 dollar per ton. Het management presenteert in het najaar haar strategische visie voor 2030.


Conclusie

Het aandeel van K+S viel tijdens de zomermaanden terug. De succesvolle opstart van Bethune en de verminderende zorgen over de milieuproblemen in Duitsland kunnen de koers de komende jaren een forse impuls geven. De aanzienlijke schuldpositie is beheersbaar en we bevestigen het koopadvies.

Advies: koopwaardig

Risico: gemiddeld

Rating: 1B

Munt: euro

Markt: Frankfurt

Beurskapitalisatie: 3,92 miljard euro

K/w 2016: 30

Verwachte k/w 2017: 23µ

Koersverschil 12 maanden: +10%

Koersverschil sinds jaarbegin: -10%

Dividendrendement: 1,5%

Partner Content