Vaccinhoop en contracten voeden fors koersherstel CFE

. © Belga Image

Na een tegenvallende eerste jaarhelft was er beterschap in het derde kwartaal voor CFE. Op groepsniveau daalde de omzet van de bouw- en baggergroep in de eerste jaarhelft met 19,3 procent tot 1,49 miljard euro. Na negen maanden is met een omzetcijfer van 2,4 miljard euro de achterstand tegenover vorig jaar teruggedrongen tot 12,8 procent. De omzet in het derde kwartaal bedroeg 911,3 miljoen euro, een toename met 0,4 procent tegenover 2019.

De bagger-, waterbouw en milieugroep DEME realiseerde in het derde kwartaal 632,2 miljoen euro omzet, een daling met 6 procent. Na negen maanden staat de teller op 1,68 miljard euro omzet (-16,9%). De divisie offshore leverde de grootste bijdrage met 717,1 miljoen euro omzet (42,7%), op de hielen gezeten door de baggerwerken (677,8 miljoen; 40,3%). De kwartaalupdate gaf geen details over de marges. In de eerste jaarhelft viel de bedrijfskasstroom- of ebitda-marge terug van 14,8 procent naar 14,7 procent, onder de historische vork van 16 à 20 procent.

De jaarverwachtingen werden wel bevestigd: een omzetdaling met 15 à 20 procent en een hogere nettowinst dan in het eerste halfjaar(15,5 miljoen euro). Het orderboek viel het voorbije kwartaal met 0,3 miljard euro terug tot 3,96 miljard. Eind 2019 was dat 3,75 miljard euro.

DEME blijft inzetten op het uitbouwen van een moderne vloot. Zo werden begin november twee recentelijk gebouwde baggerschepen gedoopt, de Meuse River en de Bonny River. In Taiwan is de bouw begonnen van een kraan- en installatieschip, de Green Jade, dat vanaf eind 2022 zal ingezet worden in de ontluikende Taiwanese offshorewindsector. DEME richtte hiervoor in 2019 een jointventure op met CSBC, de grootste plaatselijke scheepsbouwer. Begin oktober tot slot werd de service operation vessel De Groene Wind te water gelaten. Het gaat om een eerste in zijn soort voor DEME dat vanaf volgend jaar zal worden ingezet voor het langetermijnonderhoud van de Belgische offshorewindmolenparken Rentel en SeaMade.

Vorige week tekende DEME een omvangrijk contract (eigen aandeel tussen 50 en 150 miljoen euro) voor een uitbreiding van de haven in het Italiaanse Ravenna. Maar vooral was er het contract voor het Abu Qir-havenproject in Egypte, met meer dan 300 miljoen euro het grootste bagger- en landwinningscontract ooit voor DEME. Dat komt op kruissnelheid vanaf 2021 en moet in 2023 klaar zijn.

Ondanks de investeringen van 174,4 miljoen euro in de eerste negen maanden, daalde de nettoschuld sinds eind 2019 met 59,5 miljoen euro tot 649 miljoen. De bouwafdeling boekte in het derde kwartaal 233,5 miljoen euro omzet, 0,3 procent meer dan vorig jaar, waardoor de daling na negen maanden is geslonken tot 10,6 procent, tot een omzet van 656,7 miljoen. Het orderboek klom sinds eind 2019 met 10,6 procent tot 1,53 miljard euro. Contracting mikt op jaarbasis onverminderd op een omzetdaling met 10 procent en een positief nettoresultaat. Eind september werd een contract van ruim 200 miljoen euro binnengehaald voor de bouw van het vastgoedcomplex ZIN in de Brusselse Noordwijk. De kleinere pool vastgoedontwikkeling (BPI Real Estate) verwierf dan weer drie grote projecten, waaronder een van 26 miljoen euro in het Poolse Poznan in een jointventure met het Belgische Revive.

Conclusie

De combinatie van het optimisme over covid-19-vaccins, degelijke cijfers over het derde kwartaal en het ondertekenen van enkele grote contracten stuwden het achtergebleven aandeel van CFE ruim 35 procent hoger. We zien verder opwaarts potentieel, mits CFE vanaf 2021 het door covid-19 vertraagde margeherstel weer kan oppikken. Het aandeel blijft koopwaardig tegen een ondernemingswaarde van zes keer de verwachte bedrijfskasstroom 2021.

Advies: koopwaardig

Risico: gemiddeld

Rating: 1B

Koers: 74,4 euro

Ticker: CFEB BB

ISIN-code: BE0003883031

Markt: Euronext Brussel

Beurskapitalisatie: 1,88 miljard euro

K/w 2019: 14

Verwachte k/w 2020: 44

Koersverschil 12 maanden: -13%

Koersverschil sinds jaarbegin: -23%

Dividendrendement:

Partner Content