Autoverkopen naar hogere versnelling

De autosector heeft in korte tijd al heel wat inspanningen geleverd om de transitie van verbrandingsmotoren naar koolstofneutrale wagens te maken. Maar er is nog een lange weg af te leggen.

De vele fabrieken ombouwen, de werknemers herscholen, de marketing herdenken en nieuwe verkoopkanalen opzetten, zullen tijd, moeite en veel geld vergen. Intussen weegt de coronacrisis op de verkoop. In heel wat landen zijn de showrooms weken of zelfs maanden gesloten geweest. Bovendien is het maandenlange verplichte thuiswerken niet bevorderlijk voor de verkoop van nieuwe wagens.

Somber 2020

In grote delen van de wereld was 2020 een ongekend somber jaar voor de autosector door de covid-19-pandemie. Er zou volgens experts weleens een blijvende mentaliteitswijziging kunnen ontstaan inzake mobiliteit.

Volgens automobielfederatie Febiac werden in de eerste drie maanden van dit jaar het minste aantal nieuwe voertuigen ingeschreven in meer dan tien jaar. Er werden bijna 30.000 voertuigen minder verkocht dan het gemiddelde van de eerste kwartalen tussen 2011 en 2021. Met bijna 120.000 nieuw ingeschreven auto’s is dat een daling van liefst 25 procent. Maar er komt beterschap.

Een aantal merken lijkt de crisis weinig of niet te voelen. Ford (+3,2%), BMW (+14%) en Volvo (+22%) gingen er tijdens het eerste kwartaal van dit jaar op vooruit in vergelijking met vorig jaar. BMW was het best verkochte merk de eerste drie maanden van dit jaar. Op de tweede plaats komt Volkswagen, gevolgd door Peugeot, Mercedes-Benz en Audi (behoort ook tot de VW-groep). De vakvereniging LMC Automotive gaat dit jaar uit van een stijging van de Europese automarkt met 15 procent. Het kan zelfs nog beter worden als de algemene economische situatie meevalt.

Steeds meer elektrisch

De verkoop van volledig elektrische wagens steeg vorig jaar in Europa met 110 procent. Dat lijkt positiever dan het in werkelijkheid is. Voor 2020 werden er vrijwel geen elektrische wagens verkocht. De benzinemotoren zagen hun marktaandeel stijgen van 52 procent in 2020 naar 54 procent in het eerste kwaratal van dit jaar. Ook de hybridemotoren zijn in trek met een aandeel van 15 procent in het afgelopen kwartaal tegenover 11 procent in vorig jaar. Dieselmotoren gaan fors achteruit. Dat is niet verwonderlijk. Maar dat het marktaandeel van de elektrische voertuigen stabiel bleef (3,4%) doet de wenkbrauwen fronsen. De autobouwers moeten aan de Europese emissienormen voldoen. Daarom worden de elektrische wagens actief gepromoot, met nog niet altijd het gewenste succes. Bij de meerderheid van de chauffeurs wegen de genereuze subsidies en andere fiscale voordelen voorlopig niet op tegen de hoge aankoopprijs van elektrische wagens. Bovendien schrikt de beperkte actieradius veel kopers af.

Toch zijn we de richting van de elektrificatie van het vervoer ingeslagen. Verschillende producenten bieden binnen enkele jaren zelfs geen verbrandingsmotoren meer aan. Tesla maakt al alleen elektrisch aangedreven voertuigen. Vanaf 2025 zal Jaguar enkel elektrische wagens bouwen. Bij de Volkswagen-groep en Daimler (Mercedes-Benz) zal de huidige generatie verbrandingsmotoren de laatste worden. Volvo stelt vanaf 2030 nog alleen elektrische wagens te koop. Ook Ford en MINI zullen dan volledig overstappen naar elektrische aandrijving. Volgens het Internationaal Energieagentschap zal de wereldwijde verkoop van elektrische auto’s de komende tien jaar met tenminste 28 procent per jaar stijgen.

Duur is populair

De bedrijfswagens zijn de voortrekkers. In dat segment was de elektrificatie al relatief sterk vertegenwoordigd, mede door de fiscale steunmaatregelen. Vooral de duurdere modellen zijn populair, met in de top vier auto’s die meer dan 60.000 euro kosten: Tesla Model 3, Audi e-tron, Porsche Taycan en Polestar 2. In België krijgen vanaf 2026 enkel elektrische bedrijfswagens nog een fiscaal voordeel.

De echte doorbraak van de elektrische auto’s zal er wellicht komen als ze goedkoper worden dan traditionele auto’s, zelfs zonder overheidssubsidies. Dat zal pas mogelijk zijn als de batterijkosten fors zakken. Elektrische auto’s rijden op een lithium-ionbatterijpakket van 40 tot 60 kilowatt. Dat vertegenwoordigt ongeveer een derde van de prijs van een wagen. Zodra de batterij minder dan 100 dollar per kilowattuur (kWh) kost, is een elektrische wagens goedkoper dan een conventionele auto. We zitten momenteel aan ongeveer 137 dollar gemiddeld, volgens Bloomberg. Maar in China – een leider in batterijproductie – rijden al voertuigen rond waarvan de batterij minder dan 100 dollar per kWh kosten.

Over het milieu-aspect is het laatste woord nog niet gezegd. Tegenstanders beweren dat elektrische wagens helemaal niet groener zijn dan de moderne motoren. Veel elektriciteit wordt nog altijd op een erg vervuilende wijze opgewekt. Toch lijkt het erop dat de overheden in Europa volledig de kaart van de elektrische wagens kiezen. In Zuid-Amerika en Afrika lijken ze niet zo gehaast om over te stappen.

Meer een meer concurrentie

Het zou voorbarig zijn mochten beleggers al wat met verbrandingsmotoren te maken heeft al uitspuwen. De aandelenkoers van producenten van elektrische wagens de stratosfeer instuwen, lijkt ook niet de juiste zet. De traditionele spelers hebben nogal laat de elektrische kaart getrokken, maar de grote spelers hebben zoveel financiële ruimte dat het erg onwaarschijnlijk is dat ze zich door kleine producenten als Tesla de kaas van het brood zullen laten eten. De huidige astronomische waardering van bedrijven die alleen elektrische voertuigen produceren, is daarom wellicht veel te optimistisch.

De klassieke autobouwers zitten niet stil. Zowel Audi, BMW, Mercedes als Jaguar laten van zich horen en zullen dit jaar nog actiever worden in het segment van de elektrische wagens. Ze zullen Tesla het vuur aan de schenen leggen. Tesla zal wellicht reageren met prijsverlagingen, maar de loutere verkoop van wagens is al verlieslatend.

Beleggingskansen

Voor beleggers zou het handiger zijn mochten de autoproducenten duidelijkheid scheppen over hun plannen in de transitie naar alternatieve aandrijvingen. Vooral de kosten en het gewicht ervan op de resultaten zijn essentiële factoren voor de beurskoers. Daarom behoort onder meer Daimler tot de favorieten. Het bedrijf is van plan snel in de kosten te snijden en versneld investeringen in verbrandingsmotoren af te bouwen. Bovendien wordt de introductie van de elektrische EQ-wagens versneld en komen tegen volgend jaar tien nieuwe modellen op de markt. We hebben ook een boontje voor Volkswagen.Alleen moet de koers even bekomen van de verdubbeling van de voorbije zes maanden. De schrik voor gigantische schadeclaims wegens de sjoemelsoftware heeft plaats gemaakt voor optimisme rond ambities van de groep rond de ontwikkeling van eigen batterijen.

Ook in de gaten te houden is nieuwkomer Stellantis is begin dit jaar ontstaan uit de fusie van Fiat Chrysler Automobiles, dat de merken Alfa Romeo, Chrysler, Dodge, Fiat en Lancia produceert, met PSA Group, dat Peugeot, Citroen, Opel, Vauxhall en Maserati. Een interessante oefening die aanslaat bij investeerders. Renault werkt aan een comeback. Het aandeel kostte nauwelijks drie jaar geleden nog bijna 100 euro. Tegen de huidige koers van 33 euro is het aandeel het duurste van de hele tabel. Alleen het aandeel van de twee Amerikaanse constructeurs Ford en General Motors en dat van het Japanse Toyota komen min of meer in de buurt en kosten meer dan 10 keer de winst. We laten Tesla even buiten beschouwing omdat het een buitenbeentje is. Het aandeel noteert tegen maar liefst 154 keer de winst van vorig jaar. De koers is met 1460 procent gestegen in vijf jaar tijd. Het kon nog aanzienlijk meer geweest zijn, want begin dit jaar telden onfortuinlijke beleggers nog 900 dollar neer voor het aandeel.

Partner Content