Dollar houdt koppig stand

De voorbije maanden stapelden de argumenten om pessimistisch te zijn over de Amerikaanse dollar zich op. Desondanks gaf de munt nauwelijks een krimp.

Een eerste argument is het Amerikaans-Chinese handelsconflict waar ondanks langdurige onderhandelingen nog altijd geen oplossing in zicht lijkt. De wederzijdse sancties zijn ongunstig voor de economieën van beide partijen. Het meest opmerkelijke feit is de bocht van 180 graden die de Federal Reserve dit jaar maakte. De aanvankelijke verwachting voor bijkomende renteverhogingen in 2019 maakte plaats voor een nieuwe versoepeling van het monetair beleid. Een eerste rentedaling komt er waarschijnlijk al bij de volgende Fed-vergadering op 30 en 31 juli. Dat heeft de Fed-voorzitter Jerome Powell bevestigd tijdens zijn speech voor het Financial Services Committee. Wellicht volgen er later dit jaar nog een of meerdere rentedalingen.

De Amerikaanse centrale bank is officieel dan wel een politiek onafhankelijke instelling, maar de voorbije maanden was de weinig verholen druk uit het kamp van president Donald Trump voor een versoepeling van de monetaire politiek erg hoog. Trump wil met het oog op een herverkiezing de economie weer op de rails krijgen. Hij hoopt dat te bereiken via een goedkopere dollar en lijkt zijn zin te zullen krijgen.

Een ander argument tegen de dollar is de aanhoudend hoge financieringsbehoefte van de Amerikaanse overheid. Die wordt gevoed door de twin deficits of het handelstekort en het begrotingstekort. Dat is in principe negatief voor de waarde van de dollar.


Weinig alternatieven

Desondanks gaf de Amerikaanse munt nauwelijks een krimp. De nieuwe monetaire koers zorgde even voor een appelflauwte maar intussen staat de dollarindex, die de waarde van de Amerikaanse munt afzet tegenover die van enkele belangrijke handelspartners, nog altijd even hoog als twaalf maanden geleden. De belangrijkste reden is dat de andere valuta er intrinsiek niet beter aan toe zijn. De reële rente (nominale rente min inflatie) in de Verenigde Staten neemt af maar is nog altijd positief. Dat is niet het geval in de eurozone, Zwitserland, Zweden en Japan. De koopkracht van de euro, de Zwitserse frank, de Zweedse kroon en de Japanse yen dalen dus. Vergeet ook niet dat de Amerikaanse munt nog altijd de wereldreservemunt is _ de basis voor internationale financiële transacties _ en dat de kapitaalstromen om die reden richting de dollar blijven stromen.

Inzetten op een daling van de dollar mag dan fundamenteel verantwoord lijken, de strategie is niet zonder gevaar. We zien het grootste dalingspotentieel tegenover andere veilige havens als de Japanse yen en de Zwitserse frank. Dat vertaalt zich in een turbo short op de koers van de dollar tegenover de yen en tegenover de Zwitserse frank.

Partner Content