Dromen van een eigen wagen

In de Verenigde Staten en West-Europa zit nog maar weinig groeipotentieel in de transportsector. Maar het verlangen naar het bezit van een eigen wagen leeft sterk in de opkomende landen.

In de westerse wereld is het haast vanzelfsprekend een auto te bezitten. Westerlingen hechten daar veel belang aan. Een auto betekent: vrijheid, blijheid, en gaan en staan waar je wilt. In de Verenigde Staten zijn er haast evenveel ingeschreven voertuigen als inwoners: 797 per 1000 inwoners. Ook bij ons hebben veel gezinnen met twee volwassenen die buitenshuis werken en twee meerderjarige kinderen die nog thuis wonen, vier wagens in de garage en voor de deur geparkeerd staan. De tol die we daarvoor betalen, is dat in de file staan een deel van ons leven is geworden, want het wegennet kan die aangroei van al dat glimmend staal niet meer slikken.

Het mag duidelijk in de Verenigde Staten en West-Europa nog maar weinig groeipotentieel in de transportsector zit. Maar het verlangen naar het bezit van een eigen wagen leeft sterk in de opkomende landen. Dat verklaart waarom transport, na communicatie, het meest groeit (+9,5%) zodra de consumptie begint te versnellen (van 7000 naar 9000 USD jaarlijkse gemiddelde consumptie). Gemiddeld begint de vraag naar auto’s volop te versnellen zodra het gemiddelde jaarlijkse inkomen van een land boven 5000 USD klimt. Voor alle duidelijkheid: de meeste opkomende landen zitten daar nog niet aan, en landen als China en India al helemaal niet. Toch is sinds de economische en financiële crisis van 2008 niet langer de Amerikaanse, maar de Chinese automarkt de grootste, als we kijken naar het aantal verkochte nieuwe wagens. Vorig jaar kwamen er 19,3 miljoen nieuwe voertuigen bij in China, tegenover 14,5 miljoen in de Verenigde Staten. In 2002 waren dat er amper 2 miljoen, in 2010 al 17 miljoen. Daardoor is het aantal voertuigen per 1000 inwoners in China opgelopen tot 85 wagens. Nog een ruime progressiemarge dus. Maar ook in Brazilië werden vorig jaar 3,8 miljoen nieuwe wagens ingeschreven, in Rusland 3 miljoen. Daar zijn er al een driehonderdtal voertuigen per 1000 inwoners, maar ook dat is nog geen limiet.

Naar 1,6 miljard wagens in 2030

Naargelang de bron en het rapport zal het aantal voertuigen wereldwijd groeien van circa 700 miljoen nu naar 1,4 tot 1,6 miljard tegen 2030. Die verdubbeling in twee decennia tijd betekent een jaarlijks groeiritme van 5 à 5,6%, en ruim 80% van die groei wordt voortgebracht door de opkomende landen. Dat is fantastisch nieuws voor de westerse autobouwers, in de wetenschap dat, op India na, het marktaandeel van de westerse merken in de belangrijkste groeilanden toeneemt. Wat we wel moeten nuanceren, is het beeld dat alle Chinezen, Russen de duurste sportwagens zouden aankopen om ermee te pronken. Er zijn natuurlijk wel nieuwe rijkendie zich een chique westerse luxewagen aanschaffen, maar net als in het Westen zijn de best verkopende buitenlandse modellen normale middenklassewagens. In China zijn dat de Ford Focus en de Volkswagen Jetta. In Rusland is dat zelfs de Hyundai Accent (ter plaatse herdoopt tot de Hyundai Solaris).

Spontaan denken we aan aandelen als BMW (luxesegment) en Volkswagen. Die aandelen staan absoluut op ons radarscherm en hun halfjaarresultaten deze week (VW afgelopen woensdag en BMW gisteren donderdag) bieden daartoe mooie gelegenheden. In de ‘Flash’ (zie pag.8) nemen we een andere waarde onder de loep, Michelin. Dat bedrijf wist ons vorige week niet alleen met de resultaten te bekoren, vooral de toekomststrategie en -visie van Michelin spreekt ons aan. Een nieuwe kandidaat voor het thema ‘consumptie opkomende middenklasse’ in de voorbeeldportefeuille.

Partner Content