Gevallen goudster

Het aandeel van Kinross Gold maakte een nog veel grotere koersduik dan de gemiddelde goudmijn.

Voor Kinross Gold moeten we terug naar 2001 om de koers van eind september nog eens op de tabellen te zien prijken. Eind vorig decennium liet niets vermoeden dat dit aandeel in die situatie zou terechtkomen. Na een reeks succesvolle overnames was Kinross Gold een van de snelst groeiende goudmijnen en een rijzende ster binnen de sector, op een ogenblik dat de goudprijs ook volop blonk. We zagen koersen die tot 25 USD gingen. Maar toen kwam de overname van Red Back Mining in 2010. De veelbelovende Tasiast-mijn moest de kers op de taart worden en Kinross richting de absolute wereldtop van de goudmijnen stuwen. Maar het werd een nachtmerrie voor Kinross. Niet alleen omdat de aankoop slecht getimed werd, vlak voor de ommekeer in de goudprijs. Tasiast in Mauritanië werd ook een flop omdat heel wat operationele problemen opdoken en de kosten veel hoger opliepen dan aanvankelijk ingeschat. Alles samen werden al voor meer dan 6 miljard USD aan waardeverminderingen geboekt, een veelvoud van de huidige marktkapitalisatie.

De gemiddelde productiekosten van 1063 USD per ounce in de eerste jaarhelft liggen nog altijd aan de hoge kant. De productie in de eerste jaarhelft bedroeg slechts 112.000 ounce goud. Het verklaart meteen ook de wanprestatie van Kinross op de beurs de voorbije jaren. Het aandeel maakte een nog veel grotere koersduik dan de gemiddelde goudmijn. Er liggen plannen op tafel voor Tasiast om de verwerkingscapaciteit van de ertsen tot 38.000 ton uit te breiden, maar de kosten van meer dan 1 miljard USD zijn economisch niet te verantwoorden.

Het Canadese Kinross Gold behoort met negen operationele mijnen op vier continenten en circa 2,5 miljoen ounce goudproductie op jaarbasis tot de subtop in de wereld, achter de allergrootsten als Barrick Gold en Newmont Mining. Kinross is actief in Noord- en Zuid-Amerika (vijf mijnen, waarvan drie in de Verenigde Staten, een in Brazilië en een in Chili; samen 54% van de groepsproductie), Rusland (twee mijnen; 29%) en West-Afrika (twee mijnen met, Tasiast in Mauritanië en een in Ghana; 17%). De verdere verlaging van de productiekosten is op dit moment prioritair. Zo zullen alvast de kapitaaluitgaven onder de vooropgestelde 725 miljoen USD uitkomen.

Kinross doet het operationeel al vele kwartalen beter. In het tweede kwartaal lagen de totale productiekosten volgens de AISC-maatstaf (kosten om de productie op hetzelfde peil te houden) op 1011 USD per ounce. Het gemiddelde over de eerste jaarhelft bedraagt 987 USD, iets hoger dan de Noord-Amerikaanse sectorgenoten. Kinross maakt zich sterk dat de productie over het volledige boekjaar aan de bovenkant van de eerder afgegeven vork (2,4 tot 2,6 miljoen ounce) zal uitkomen. De operationele kasstroom was met 167,4 miljoen USD opnieuw positief in het tweede kwartaal, maar er was wel nog een nettoverlies.

De cashpositie steeg in de eerste jaarhelft per saldo met 45 miljoen USD, tot 1,07 miljard USD. Daardoor daalde de netto financiële schuld naar 960 miljoen USD. Dit komt overeen met 1,1 keer de bedrijfskasstroom (ebitda), een pak lager dan bij de meeste sectorgenoten. Van de uitstaande schuld moet volgend jaar 250 miljoen USD worden terugbetaald. De terugbetaling van een lening van 500 miljoen USD werd met één jaar uitgesteld, tot 2019.

Conclusie

Tegen onder meer 0,5 keer de boekwaarde behoort Kinross Gold tot de goedkoopste goudmijnen. De koers houdt nog altijd een afstraffing voor de geflopte overname van Red Back Mining in, en voor de aanwezigheid in Rusland, waar de productiekosten wel veruit het laagst liggen. Het aandeel kan worden beschouwd als een langlopende optie op een herstel van de goudprijs. Deze goudmijn krijgt een plaats in de Inside Selectie, maar het aandeel is enkel geschikt voor de actievere, risicobewuste belegger.

Advies: koopwaardig

Risico: hoog

Rating: 1C

Partner Content