Twaalf keer groter

Tegen 2020 zullen naar schatting 960 miljoen mensen behoren tot de middenklasse in de opkomende landen, het twaalfvoud van de 77 miljoen babyboomers in de VS.

De voorbije jaren waren de opkomende markten, met Azië en Latijns-Amerika voorop, de redding van veel Europese bedrijven, zeker in het heetst van de euro- en schuldencrisis. Dezer dagen dreigen die landen te wegen op de omzet- en winstverwachtingen van diezelfde westerse multinationals. Op 30 september zond de consumentengoederengigant Unilever nog een omzetwaarschuwing de wereld in. Ook de kwartaalcijfers van het Amerikaanse Yum! Brands (onder meer de eigenaar van de ketens PizzaHut en KFC) vielen tegen door minder dan verwachte cijfers uit de opkomende landen. Alles bij elkaar halen de Europese ondernemingen in de Stoxx600-index 33% of een derde van hun omzet uit de groeilanden, het drievoud van het cijfer uit 1997.

Belangrijk voor de analyse van de druk op de resultaten is dat die terugloop in de eerste plaats te wijten is aan wisselkoersevoluties. De euro staat bijzonder sterk op de wisselmarkten en staat bijvoorbeeld 18% hoger dan begin dit jaar tegenover de Zuid-Afrikaanse rand, 15% tegenover de Indische roepie, 10% tegenover de Braziliaanse real. Die wisselkoersverliezen wegen uiteraard op de winstcijfers, maar ze zijn voor ons niet fundamenteel.

Fundamenteler is bijvoorbeeld een studie van Mirae Asset Global Investments, waarin een vergelijking wordt gemaakt tussen de groei van de consumptie in de VS – gekoppeld aan de generatie van de babyboomers, die jarenlang de grootste bijdrage hebben geleverd aan de groei van de wereldeconomie – en de veranderingen in de opkomende landen, die de opkomst van een consumerende middenklasse mogelijk hebben gemaakt. Terwijl het eerste verhaal op zijn einde loopt en mee de groei- en de schuldenproblemen in het Westen verklaart, is de consumptieboom in de groeilanden nog in volle opkomst. Volgens de studie wordt die in de volgende decennia de nieuwe drijvende kracht voor de groei van de wereldeconomie. Tegen 2020 zullen naar schatting 960 miljoen mensen behoren tot de middenklasse in de opkomende landen, het twaalfvoud van de 77 miljoen babyboomers in de VS.

Klavertje vier

Volgens de paper zijn er vier fundamentele factoren die de consumptie van de middenklasse ondersteunen, om die tot een dominante factor in de wereldeconomie te laten uitgroeien:

Demografie: het gaat doorgaans om een jonge bevolking (51% van de Indiase bevolking is jonger dan 25), die veel beter is opgeleid dan de vorige generatie; de ideale basis voor een opwaartse cyclus in de consumptiegroei;

Verstedelijking: vandaag woont nog een meerderheid van de bevolking in de opkomende landen op het platteland; de vlucht naar de stad is volop bezig en tegen 2050 zal twee derde van de bevolking in de steden wonen; stedelingen consumeren anders, maar ook significant meer dan plattelandsbewoners;

Inkomensgroei: het gemiddelde inkomen in de groeilanden stijgt van 3200 USD in 2001 naar 6600 USD in 2011 en volgens IMF gaan we naar 9000 USD tegen 2018;

Toename gewicht van consumptie in bbp: die inkomensgroei wordt steeds meer en meer gedragen door de consumptie; consumptie maakt vandaag al 71% uit van het bruto binnenlands product (bbp) in de VS, tegenover bijvoorbeeld 34% in China.

Partner Content